ons migratie en integratieplan

Gedurende decennia hebben de politici het politiek correct denken laten primeren boven de ratio en de transparantie bij het migratiebeleid. Een opvallende parallel met het coronabeleid. Zoals bij het coronabeleid heeft dat aanleiding gegeven tot ongenoegen bij de bevolking. Een fenomeen dat nog werd aangewakkerd door wie ongenoegen heeft, te verketteren en opzij te zetten. Ook al vergelijkbaar met het coronabeleid. Het “cordon sanitaire” is wat dat betreft een verwerpelijk embryo van de intellectuele apartheid. Mensen worden uitgesloten op grond van hun standpunt. Of zelfs op grond van de perceptie over hun standpunt. Want ook daar is er andermaal een parallel met corona. Wie ook maar iets durft te zeggen over migranten, wordt een “racist” genoemd. Zoals al wie kritiek heeft op de maatregelen een “wappie” of een “complotdenker” wordt genoemd. Vreemd genoeg met de bewering dat het de bedoeling is om een “inclusieve” samenleving te maken. Natuurlijk is racisme totaal verwerpelijk. Dat is een olympisch minimum.

Een politiek rond migratie behoort klaar en duidelijk te zijn. Als er in Brussel aan homohaat wordt gedaan voornamelijk door jongeren met een migratieachtergrond, dan mag dat ook open en bloot gezegd worden. Ook als dat samenhangt met een geloof. Migratie kan nooit aanleiding geven tot inboeten op fundamentele rechten. Zoals daar zijn de scheiding van kerk en staat, de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, respect voor elkeen’s privéleven (en seksueel leven), en bijvoorbeeld ook het recht van alle mensen om te leven in een geweldloze samenleving. Op dat vlak is er geen ruimte voor toegeving. Elke neiging de zaken niet te zeggen zoals ze zijn, geeft aan mensen met een migratieachtergrond een verkeerd signaal. 

Heel wat regels rond migratie zitten goed. Het probleem is dat ze niet worden uitgevoerd en dat de consequente toepassing van de regels en de principes te wensen overlaat. Het beleid is op vele vlakken laks. Het laat ruimte voor misbruiken. De invloed van het politiek correct denken zorgt voor amechtige boodschappen waarbij de lijnen niet meer duidelijk uitgezet worden. Het Nationaal-Libertarisch Kompas staat voor een consequent en duidelijk migratiebeleid. Zonder taboes. Realistisch moeten de grenzen van de tolerantie bewaakt worden. 

Voor Het Nationaal-Libertarisch Kompas geldt dat wie niet op het grondgebied is toegelaten, onmiddellijk moet worden verwijderd. Niet naar een transitland in Europa want dat is het probleem verleggen. De enige keuze die er is dat is vrijwillig vertrekken, of gedwongen. Bij voorkeur in samenwerking met de ons omringende landen met een speciaal daartoe uitgerust vliegtuig. Zodat er geen toestanden zijn met ander passagiers of activistische politici die denken te moeten tussenkomen. Geen tien bevelen om het grondgebied te verlaten meer. Terugkeer binnen maximum 3 maanden. Kost dat geld, dan kost het geld. Deze bewaking van de grens van de tolerantie is essentieel. 

Een ander aspect van het migratiebeleid dat tijdelijk geld zal kosten, maar dat moet dan maar, is het sterk verkorten van de procedures. Eéns de achterstand ingehaald zal de kost daarvan teruggedrongen worden. Geen enkele migratieprocedure mag nog langer dan 3 maanden duren. Alle stappen van de procedure inbegrepen. Het is gewoon niet humaan om mensen lang te laten wachten en dan als ze al een stuk zijn ingeburgerd, maatregelen van uitzetting te moeten nemen. 

Van wie in België toekomt en vraagt naar een langdurig verblijf, mag worden verwacht dat hij/zij zich onmiddellijk inschakelt in het economisch verkeer. Of men zoekt en vindt zelf werk, of men wordt tewerkgesteld op de “werven” van de overheid. Geen OCMW ‘s, geen maandenlange of jarenlange opvang met pingpongen elke dag. 

Het Nationaal-Libertarisch Kompas heeft geen zin in een toenemende invloed van de Islam op het publiek leven. We hebben ons in West-Europa niet losgerukt van de feodale invloed van de kerk om deze te vervangen door een feodale invloed van de Islam. Dat mag ook zeer duidelijk worden gemaakt aan de beoefenaars van de Islam die ervan uitgaan dat de Islam wervend moet zijn. De overheid zal daarom niet communiceren met mensen met een migratieachtergrond via hun imams of de moskeeën. Als deze bevolkingsgroepen niet zelf kanalen ontwikkelen los van hun geloof, dan zal de overheid dat moeten organiseren. De regering schakelt ook niet de bisschoppen in om met de migranten te spreken. 

Zoals voor alle godsdiensten geldt ook voor de Islam dat de overheid daaraan geen geld meer besteedt. Financiering uit het buitenland is geen probleem, maar het georganiseerd aanzetten tot handelen in strijd met fundamentele rechten wordt gewoon strafbaar gesteld. Organisaties die dat doen, worden gesloten.  Dat is veel duidelijker. 

Besnijdenissen bij jongens en andere religieuze ingrepen zoals het herstel van het maagdenvlies, verdienen niet te worden betaald door de overheid. 

Voor de rest doen de mensen in hun privé wat ze willen. Zoeken naar zingeving in het leven en nadenken over wat het heelal te bieden heeft, kan voor heel wat mensen een steun zijn. Wie een godsdienst aanhangt kan daarvoor niet met de vinger worden gewezen of uitgesloten. De gedachten zijn vrij. Deze vrijheid verdient ook respect. 

Het Nationaal-Libertarisch Kompas wil consequent en duidelijk zijn over hoofddoeken. Het hoofddoekendebat is geen debat over het dragen van religieuze symbolen in het algemeen. Door het debat daartoe af te leiden, gaat men de essentie uit de weg. Het Nationaal-Libertarisch Kompas zegt waar het op staat. De hoofddoek is een vrouwonvriendelijk symbool. Een symbool dat beduidt dat een vrouw die zich daarmee niet bedekt, aanleiding geeft tot seksuele lusten van de man. Wie dat als vrouw vrijwillig op het hoofd wil zetten in een private context, die doet maar. Het is ook niet verboden om zich het bezit te vinden van een man of van een vrouw in een context van SM en symbolen te dragen die dat tot uiting brengen. Deze tolerantie heeft 2 limieten: 

1. Het uitoefenen van sociale druk om een vrouwonvriendelijk symbool te dragen is niet in overeenstemming te brengen met de gedachte dat een vrouw dat symbool vrijwillig draagt. Men zet geen vrouw aan om een symbool te dragen dat haar tot minderwaardige maakt. Dat behoort strafbaar te worden gesteld. 

2. De overheid staat voor de bescherming van gendergelijkheid. In zichtbare functies bij deze overheid passen geen symbolen die de genderongelijkheid veruiterlijken. Dat geldt trouwens voor alle symbolen die duiden op de aantasting van fundamentele rechten. 

Het Nationaal-Libertarisch Kompas vindt dat de vrijheid van onderwijs geen excuus kan zijn om de fundamentele rechten en de Westerse waarden van het humanisme en de verlichting te verlaten. Onderwijs dat aanzet tot handelen in strijd met fundamentele rechten, wordt gewoon gesloten. Zoals organisaties die systematisch aanzetten tot handelen in strijd met fundamentele rechten kunnen worden verboden. Godsdienstonderwijs kan alleen worden betaald door de overheid als dat onderwijs inhoudt dat een beeld wordt geschetst van de verschillende godsdiensten die er zijn. Godsdienstonderwijs dat overwegend gaat over één godsdienst krijgt geen geld meer. 

Het Nationaal-Libertarisch Kompas wil de strijd aangaan tegen één van de meest gruwelijke aspecten waarmee de migratieproblematiek wordt geconfronteerd: de vrouwenbesnijdenis. Jonge meisjes afkomstig uit landen waar dergelijke besnijdenissen de gewoonte zijn, worden naar het land van oorsprong gebracht om daar gruwelijk te worden besneden en dan terug naar België gebracht. Deze praktijk moet strafbaar gesteld worden. Wie zijn dochter afvoert naar het buitenland om er te worden besneden, en wie een meisje in het buitenland besnijdt om het meisje dan naar België over te brengen, moet hier worden strafrechtelijk vervolgd.

Een libertarisch betoog voor immigratiebeperkingen

We leven als libertariërs niet in de vrije samenleving die we ons zouden wensen. De libertarische filosofie moet hier en nu toegepast worden. We kunnen de huidige staat niet wegdenken. We moeten derhalve kiezen voor beleid dat de implementatie van het libertarisme op de lange duur ten goede komt. Het streven is altijd om een zo vrij mogelijke gemeenschap te creëren. Dit geldt ook voor het vraagstuk van immigratie en grenzen. Libertarische pleitbezorgers van ‘open grenzen’ spannen echter het paard achter de wagen. Ze passen de regels van een vrije samenleving toe op de onvrije situatie waarin wij leven, en scheppen daarmee ruimte voor stelselmatige rechtenschendingen.

Om te beginnen is er het feit dat immigratie, in de huidige situatie, per definitie zal leiden tot kosten— al zijn het maar de kosten van de opvang der asielzoekers. Deze opvang wordt bekostigd door de staat, met geld dat onder dwang is afgenomen van individuen. Wanneer migranten tevens aanspraak mogen maken op de collectieve regelingen van de verzorgingsstaat betekent dit dat er als gevolg van immigratie méér gestolen en herverdeeld zal (moeten) worden. Zoals Mencken ooit treffend heeft gezegd: “Democratie is een veiling van gestolen goederen.” Hoe kan een libertariër dat steunen?

Libertarische voorstanders van vrije immigratie in de huidige praktijk brengen, wanneer zij worden geconfronteerd met deze analyse, dikwijls te berde dat zij helemaal niet voor deze herverdeling zijn. Maar door vrije immigratie te bepleiten voordat de verzorgingsstaat is verdwenen steunen zij deze collectivistische herverdeling wel degelijk. Ook zij willen dus helers zijn van gestolen waar. Het feit dat, of zij dit nu zelf wenselijk achten of niet, de verzorgingsstaat wel degelijk bestaat kunnen de pleitbezorgers van ‘open grenzen’ niet ontkennen. Wel doen zij een poging om hun standpunt te rechtvaardigen. Deze rechtvaardiging is doorgaans tweeledig. Ten eerste wordt gewezen op het standpunt dat het beperken van immigratie óók een rechtenschending zou zijn. Ten tweede wordt gewezen op de veronderstelde economische voordelen van vrije migratie.

RECHTEN

Is het beperken van immigratie en schending van de rechten der immigranten? Wel, is het ontzeggen van toegang tot mijn erf een schending van de rechten van mensen die daar zonder mijn toestemming willen verblijven? Geenszins. Het cruciale verschil is dat immigratie naar een land valt onder de auspiciën van een territoriale monopolist, te weten de overheid. Voluntaristen zijn het erover eens dat deze overheid onterecht dat territoriale monopolie claimt, en dat alle grond idealiter in privé-bezit zou moeten zijn.

Als alle grond in privé-bezit zou moeten zijn, en ‘publieke ruimte’ eigenlijk immoreel is, kunnen we dan niet stellen dat het toelaten van immigranten in ‘België’ goed te vergelijken valt met een situatie waarin de krakers van een pand andere krakers uitnodigen om zich in dat pand te vestigen? Hoe kunnen zij dit legitiem doen, als niet-eigenaar? Enkel de rechtmatige eigenaar van grond kan bepalen wie hij op zijn erf toelaat, en onder welke voorwaarden. Derhalve zouden consequente libertariërs éérst naar de privatisering van alle grond moeten streven, en kunnen vervolgens de private eigenaren zelf bepalen wiens aanwezigheid zij daar dulden.

CULTUUR

Ten aanzien van de vermeende economische voordelen van onbeperkte immigratie: dat is een nogal schraal en ééndimensionaal beeld. Immigratie zorgt voor demografische veranderingen en dus mogelijk ook voor culturele veranderingen. In het gebied dat aangeduid wordt als ‘het Westen’ heerst in relatieve zin nog het idee dat ieder individu van waarde is. Dat een individu in zijn sociale context uniek en niet inwisselbaar is.

Dat is een specifiek westers idee; in andere culturen leeft dit besef veel minder. Daar is doorgaans niet het individu de fundamentele eenheid, maar de familie, de geloofsgemeenschap of de natie. Dit is in de praktijk natuurlijk niet helemaal zwart-wit, er zijn zeker gradaties— maar in grote lijnen is dit gewoon de stand van zaken. De westerse cultuur is in vergelijking met alle andere culturen eenvoudigweg de meest individualistische cultuur. En uit die traditioneel individualistische cultuur zijn het klassiek-liberalisme en het libertarisme voortgekomen.

Wat libertariërs moeten beseffen is dat individuen per definitie cultuurdragers zijn. Om die redenen kunnen de onvermijdelijke demografische veranderingen die optreden als gevolg van immigratie óók tot culturele veranderingen leiden. Als er in België of Europa meer mensen komen wonen die een collectivistische cultuur aanhangen zal dat veranderingen teweeg brengen op niet alleen economisch gebied, maar ook op politiek, cultureel en godsdienstig vlak.

(Voor alle duidelijkheid; het is natuurlijk mogelijk dat een westerse cultuurdrager iemand uit Afrika, het Midden-Oosten of China is. Het heeft niet noodzakelijk met huidskleur of afkomst te maken. De westerse cultuur is een verzameling van ideeën. Wie die ideeën accepteert is een westerse cultuurdrager, los van zijn origine of huiskleur.)

Ten eerste zullen migranten, wanneer zij eenmaal burger worden, ook mogen stemmen. Het is bekend dat het overgrote deel van de immigranten uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika geneigd is om te stemmen op collectivistische partijen. Niet iedere migrant is collectivistischer dan het huidige Belgisch gemiddelde, maar in geval van ongebreidelde massa-immigratie zal er een grote toestroom plaatsvinden van individuen die dragers zijn van een duidelijk collectivistisch/link cultureel wereld- en maatschappijbeeld. Het gevolg zal per definitie het ontstaan van een meer collectivistische cultuur in België zijn – met de maatschappelijke en politieke gevolgen van dien. Is het vanuit het libertarisme gezien dan wel een wenselijk idee om significante aantallen mensen dit land binnen te halen die een collectivistische cultuur met zich meedragen?

Hier komt bij dat de eventuele politieke effecten slechts één facet van de zaak vormen. Ook collectivistische immigranten die niet stemmen, of die (nog) niet mogen stemmen, zullen puur door hun aanwezigheid, bijvoorbeeld via belangenorganisaties, invloed hebben op de cultuur. Ze zullen zich eenvoudigweg via het ‘maatschappelijk middenveld’ en via sociale druk doen gelden. Het is immers een feit dat we in een democratisch systeem leven waarin ‘rechten’ als onderhandelbaar gezien worden en waar allerlei commissies, NGO’s, belangenorganisaties – en zelfs buitenlandse organisaties als de VN, WTO, WHO et al.- een significante invloed kunnen uitoefenen over wat de Belgische burger wel of niet zou mogen doen, laten of zeggen.

Zelfs diegenen die niet stemmen kunnen via die weg een aanzienlijke invloed en macht uitoefenen over ons dagelijkse leven. Als individu sta je vrijwel machteloos tegen dat proces. Dit systeem creëert een klasse van geprivilegieerde ‘insiders’ die, vaak gesubsidieerd en wel, mogen debatteren in hoeverre het goed en nuttig is dat de staat onze rechten nog verder zou beperken. Tot deze kliek behoren doorgaans geen voorvechters van de vrijheid. En hoewel veel van de organisaties in kwestie slechts raadgevend zijn is het maar afwachten in hoeverre de staat het vertoog dat deze organisaties voeren als excuus en rechtvaardiging gaat aandragen om de uitbreiding van reguleringen en daarmee de macht van de staat te rechtvaardigen en verder te laten groeien. Op deze wijze zullen de (binnen- en buitenlandse) ‘belangengroepen’ van immigranten ook via niet-politieke weg een sterke invloed uit kunnen oefenen op de cultuur en de samenleving.

De kans is reëel aanwezig dat de overblijfselen van ‘onze’ pro-individualistische en pro-vrijheid cultuur zullen verdwijnen als de cultuurdragers van de traditionele westerse cultuur in de minderheid komen. En dat proces is al gaande. Als de huidige demografische ontwikkelingen zich doorzetten is het zelfs een mathematische zekerheid dat westerse cultuurdragers over enkele decennia in Europa in de minderheid zullen zijn.

Welke conclusie kan men hieruit trekken? Logischerwijs enkel deze: dat libertarische voorstanders van open grenzen bezig zijn met een zelfmoordmissie. Zij staan toe dat de waarden die het libertarisme mogelijk maken op den duur vernietigd zullen worden. Als de Westerse cultuur verdwijnt zal ook de voedingsbodem van het libertarisme verdwijnen. De kansen op succes van het libertarisme in de toekomst staan of vallen met de culturele vanzelfsprekendheid van het primaat van het individu.

EEN VALSE VOORSTELLING VAN ZAKEN

Het hele idee van de ‘open grenzen’ is sowieso een canard. Geen enkel land en geen enkele gemeenschap wil mensen toelaten waarvan bekend is dat zij willen roven en moorden of de wetgeving zo fundamenteel veranderen dat dit nadelen voor de oorspronkelijke bewoners gaat opleveren. Er zijn dus maar héél weinig voorstanders van echt volledig ‘open grenzen’. De kwestie is niet binair; de vraag is niet ‘open of dicht’, maar hoe streng het toelatingsbeleid precies moet zijn. Door het vraagstuk als een puur ‘zwart-witte’ kwestie te portretteren bezondigen de zelfverklaarde voorstanders van zogenaamd ‘open grenzen’ zich aan een valse voorstelling van zaken.

Hier komt nog eens bij dat deze libertarische pleitbezorgers van vrije immigratie ook dikwijls doen alsof dat altijd het enige ‘echte’ libertarische standpunt is geweest, terwijl libertariërs die – in de huidige praktijk- vóór immigratiebeperkingen zijn worden afgeserveerd als zijnde étatisten of racisten, die het libertarisme ‘vervuilen’. De eerder genoemde overwegingen tonen al aan dat dit niet correct is. Hieraan kan nog worden toegevoegd dat het geen zonde is om te leven, zo goed als dat gaat, in een imperfecte situatie.

Is het libertarisch om immigratierestricties van staatswege te verdedigen? Nou, idealiter willen we helemaal niet dat de overheid bestáát. Maar die bestaat nu wel. Dus als je vandaag beroofd wordt, is het dan libertarisch om de staat te vragen de daders te pakken? Als libertariër doen wij dat liever niet, maar op dit moment zijn wij op de staat aangewezen omdat er geen libertarische alternatieven zijn. Kortom: libertariërs die bepleiten dat we doen alsof de staat er niet is gedragen zich als struisvogels. Ze zijn net zo erg als socialisten die beweren dat het libertarisme hypocriet zou zijn ‘omdat jullie ook gebruik maken van wegen die door de staat zijn aangelegd’. Er is echter gewoon geen andere keuze. We kunnen best streven naar een betere situatie, maar in de tussentijd zijn we gedwongen belasting te betalen en gebruik te maken van—bijvoorbeeld—wegen die van dat gestolen geld betaald worden.

Hetzelfde geldt voor het immigratievraagstuk. Net zoals je in de huidige situatie wilt dat de politie uitzoekt wie jouw iPhone gestolen heeft, zo willen wij dat de staat geen mensen gaat toelaten die er aan gaan bijdragen dat ons eigendom wordt afgenomen en onze vrijheid wordt beperkt. Er zijn al méér dan genoeg collectivisten in België. Wij zien die groep liever niet groter worden. Toch zal exact die onwenselijke toename het gevolg zijn van ongehinderde immigratie.

EEN REALISTISCHE AANPAK IN DE HUIDIGE SITUATIE

Het ‘open grenzen’-standpunt is libertarische zelfmoord. Je maakt het overleven van de libertarische filosofie in de nabije toekomst onmogelijk. Het is logischerwijs ook electorale zelfmoord; Wie de vrijheid een warm hart toedraagt stopt met het propageren van zgn. ‘open grenzen’ in de huidige praktijk.

Het bepleiten van een toelatingsbeleid op basis van vraag en aanbod is juist een libertarische vorm van zelfverdediging. Net zoals we niet alle goederen van de wereld importeren maar alleen die goederen waar in België vraag naar is, net zoals we niet alle kapitaal van de wereld in België importeren maar alleen het kapitaal waar in België behoefte aan is— zo zouden we alleen arbeid moeten importeren waar we in België behoefte aan hebben. Mensen die aansluiten bij de bestaande culturele normen, om conflicten over regels en afspraken te voorkomen, die het juiste opleidingsniveau hebben en die in staat zijn op economisch gebied iets bij te dragen. Dit zouden we in de praktijk kunnen brengen door de volgende stappen te implementeren als basis voor het migratiebeleid:

1] Arbeidsmigratie vindt enkel plaats op contractbasis. Zolang je werk hebt blijf je, en niet langer dan dat. Zoals in diverse landen al gebruikelijk is wordt het bedrijf dat een arbeidsmigrant inhuurt verantwoordelijk gehouden voor de aanvraag en – waar nodig – verlenging van diens verblijfsvergunning. Indien een arbeidsmigrant zijn vergunning niet op orde heeft wordt de werkgever hiervoor beboet. Dit zorgt ervoor dat administratiekosten worden uitbesteed, en motiveert werkgevers om dergelijke zaken goed in orde te houden.

2] De Belgische nationaliteit wordt uitsluitend verstrekt aan migranten die aantoonbaar hun eigen broek kunnen ophouden, en die gedurende meerdere jaren geen blijk hebben gegeven van gevaarlijke gedragskenmerken (zoals bijvoorbeeld crimineel gedrag).

3] Alle immigranten, zowel arbeidsmigranten als migranten die de Belgische nationaliteit willen verwerven, moeten toezeggen dat zij de scheiding tussen religie en staat zullen respecteren. Immigranten die agressief of vijandig gedrag vertonen (bijvoorbeeld tegen vrouwen, homoseksuelen of atheïsten) en kortom de individuele rechten van anderen niet respecteren worden ogenblikkelijk en onherroepelijk uitgezet. Het feit dat de Belgische nationaliteit uitsluitend wordt verstrekt na meerdere jaren onberispelijk gedrag maakt dit beleid mede mogelijk.

4] Er vindt géén asielopvang plaats in België/Europa. We kunnen asielopvang in ook de eigen regio faciliteren. Deze opvang in de regio wordt idealiter geregeld in internationaal verband, zodat er in samenwerking met de landen in de regio een goed georganiseerd netwerk van extraterritoriale opvanglocaties kan wordt opgezet. Tevens moeten landen in de regio worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid in deze context.

5] Illegale migranten worden actief teruggestuurd. Geen enkele uitzondering. Indien de herkomst van een illegale migrant niet traceerbaar is zal deze persoon naar één van de extraterritoriale opvanglocaties worden gestuurd.

Een aanpak die in deze richting gaat wordt al jarenlang met succes toegepast in Nieuw-Zeeland, Canada en Australië. België en Europa zouden dit voorbeeld moeten volgen en nader moeten uitwerken. Ondertussen kunnen libertariërs zich het beste richten op het verruimen van de vrijheid in ons land. Dat zal een lange, harde weg zijn. Wanneer wij die bewandeld hebben, en er sprake is van een vrije samenleving, is het migratievraagstuk irrelevant geworden. Het al dan niet toelaten van mensen zal dan een aangelegenheid van privé-eigenaars zijn. Dat is hoe het hoort; dat is hoe wij het wensen. Maar als we in de huidige, oneigenlijke situatie toestaan dat er een grote massa collectivisten naar dit land migreert zal die situatie nimmer verwezenlijkt kunnen worden.

Concept multiculturele samenleving is uitermate problematisch

Het grote gevaar momenteel is dat het benadrukken van de eigen culturele identiteit uitmondt in een wederzijdse tegencultuur, waarbij mensen vooral hun eigen identiteit profileren door zich af te zetten tegen de ander.’

Ad Verbrugge is één van de bekendste filosofen van Nederland. Zijn filosofische bestseller Tijd van onbehagen: filosofische essays over een cultuur op drift (2004), waarin hij de problemen van de westerse samenleving analyseert, zorgt in 2004 voor de nodige opschudding. De Leidenaar heeft een duidelijke visie op het gebied van praktische en culturele filosofie en een unieke kijk op de postmoderne maatschappij die hij duidt als een cultuur op drift. Verbrugge kijkt met name vanuit de continentale filosofische traditie naar onze wereld. Hij publiceert boeken en essays, schrijft in kranten, verschijnt op televisie en spreekt regelmatig op al dan niet filosofische bijeenkomsten. Hij is voorzitter van de Filosofische School Nederland en medeoprichter en lid van Centrum Èthos dat begin dit jaar het prikkelende boek Waartoe is Nederland op aarde? uitbracht. De Kanttekening sprak Verbrugge, onder meer over multiculturaliteit, identiteit en tolerantie.

Hoe kijkt u tegen de huidige samenleving aan?
‘Ik zie aan de ene kant een proces van toenemende ontgrenzing, dat meekomt met het proces van globalisering en virtualisering. Deze ontgrenzing zorgt voor nieuwe vormen van onveiligheid. Veel mensen hebben het gevoel dat ze niet langer beschermd worden en ten prooi vallen aan allerlei gevaren die daardoor op hen afkomen. Dat kan gaan om vluchtelingen die plotseling een land of stad binnen komen, internetgiganten en criminelen die via de virtuele ruimte binnendringen in onze private sfeer, economische en technologische ontwikkelingen die een bedreiging vormen voor hun werk, conflicten van politiek-religieuze aard, zoals de perikelen in de wereld van de islam waar we nog steeds middenin zitten. De spanningen met betrekking tot de islam hebben weer een wat andere lading gekregen door de vluchtelingenproblematiek van de afgelopen jaren. Hoe dan ook, veel mensen ervaren bestaande instituties niet meer als iets wat hen voldoende bescherming biedt en voelen zich vaak ook niet meer thuis in de wereld waarin zij wonen en werken. Aan de andere kant verlangen mensen juist in toenemende mate naar grenzen en meer of minder traditionele vormen van bescherming. Dit is de dubbelzinnige dynamiek rond globalisering en de multiculturele samenleving.’

U noemde vluchtelingen al. Zijn er vanuit de filosofie argumenten voor een multiculturele samenleving? Of juist niet?
‘Dat is allebei mogelijk. Het hangt er vanaf aan wie je het vraagt en vanuit welke filosofie je vertrekt. Ik ben zelf geneigd om niet alleen uit te gaan van abstracte filosofische idealen, maar altijd ook de context daarbij te betrekken en de historische dynamiek van een samenleving. Het onderkennen van zowel de overeenkomsten als verschillen in historische ontwikkelingen is een ontzettend belangrijk methodisch uitgangspunt. En de tijdspanne van waaruit je naar zaken kijkt. Wat heeft zich de afgelopen duizenden jaren voorgedaan en wat kun je daarvan leren? Multiculturaliteit kan soms ook een duurzame vorm krijgen en in andere gevallen zie je dat het juist de oorsprong is van het uiteenvallen van landen. Kijk maar naar het voormalige Oostblok en in het bijzonder naar Joegoslavië. Zowel nationalistische als religieuze sentimenten kunnen er toe leiden dat een institutie zoals een rechtsstaat uit elkaar valt. Zover zijn we in Nederland gelukkig niet, maar het is wel zo dat er twijfels bij mensen leven over de sociale duurzaamheid van onze samenleving.’

Hoe is dat te zien?
‘Kijk alleen al naar het recente referendum over het presidentschap van Erdogan. Veel mensen vragen zich af wat dit voor de Nederlandse gemeenschap betekent. Immers, als een aanzienlijk deel van je eigen Turkse bevolking meegaat met de politiek van een president die zich in hele grove bewoordingen uitlaat over Nederland en bovendien geen sterke democratische sentimenten lijkt te voeden, dan werkt dat twijfel in de hand bij veel Nederlanders. Dat is een teken van spanningen rond de werkbaarheid van het concept multiculturaliteit als zodanig.’

Wat vindt u zelf van de discussie over de multiculturele samenleving?
‘Het grote gevaar momenteel is dat het benadrukken van de eigen culturele identiteit uitmondt in een wederzijdse tegencultuur, waarbij mensen vooral hun eigen identiteit profileren door zich af te zetten tegen de ander. Dat gevaar dreigt wat mij betreft zowel voor links als voor rechts, voor moslims of Turken als voor autochtone Nederlanders. Mensen hebben dan eigenlijk de ander nodig om vooral hun eigen identiteit te bevestigen, namelijk door de ander als minderwaardig, als een bedreiging of vijand af te schilderen. Daarbij projecteert men niet zelden de eigen schaduw in de ander. In sommige islamitische kringen zie je bijvoorbeeld dat men nadrukkelijk ‘het Westen’ en de westerse levensstijl veroordeelt, terwijl men doorgaans wel hiernaartoe is gekomen uit materialistische motieven. Hetzelfde zie je bij nationalistische groeperingen die denken dat het dragen van een vlaggetje op je mouw en het in brand steken van een moskee hun vaderlandsliefde benadrukt, terwijl het daar natuurlijk niets mee te maken heeft. Het is veel minder duidelijk wat het Nederlanderschap is, terwijl het jezelf onderscheiden van anderen de meeste nadruk krijgt. Het gaat dan in beide gevallen om een abstracte en sterk negatieve identiteit. Dat vind ik een vrij onvruchtbare positie die soms ronduit gevaarlijk is.’

Hoe uit dat zich?
‘Er gaat in mijn ogen momenteel een ongelukkige invloed uit van Amerikaanse sentimenten in het minderhedendebat. Daarin speelt het idee van slachtofferschap, achterstelling en discriminatie een grote rol waarbij men ook voortdurend schuldigen en daders probeert aan te wijzen. Een voorbeeld daarvan is in mijn ogen ook de zogenoemde Zwarte Pieten-discussie die gevoed wordt door een zwart-wit-tegenstelling die vooral ontleend is aan het Amerikaanse links intellectuele debat. Evenals in Amerika krijgt dit onderscheid tussen zwart en wit nu een sterk morele en politieke lading. Ik merk dat ook bij mijzelf. Mijn ouders en ik worden nu in een traditie van racisme geplaatst waar ik me helemaal niet in herken. Vervolgens blijkt ook deze ‘blinde vlek’ verband te houden met mijn eigen huidskleur want als ‘witte man’ begrijp ik er niets van. Zo worden mensen nu in de publieke ruimte gedrukt op hun eigen huidskleur als iets wat ook een bepaalde mentaliteit of zelfs schuld te kennen geeft. Zo raak je in feite ‘geracialiseerd’, of je het nu wilt of niet. De bestrijding van racisme krijgt dus zelf racistische trekken. Ik word immers steeds meer op mijn huidskleur aangesproken als een wezenlijk element van mijn identiteit, terwijl dat nu juist een kenmerk van racisme is. Zo zijn we de laatste jaren het feest van Sinterklaas en Zwarte Piet in sterk raciale termen gaan duiden. Ook dat is een manier waarop je vooral vanuit een tegencultuur je eigen identiteit definieert. Dan wordt de essentie van zwart-zijn ook de strijd tegen blanken.’

Er zijn veel mensen, zelfs wereldleiders als Merkel, die zeggen dat de multiculturele samenleving is mislukt. Hebben ze gelijk?
‘Ik heb het concept multiculturele samenleving altijd uitermate problematisch gevonden. De vraag is namelijk wat er precies mee wordt bedoeld. Gaat het om het soort eten of de huidskleur van mensen? Verder leeft iedereen namelijk in een rechtsstaat, moeten kinderen naar school, een bepaalde taal leren, zich allerlei gewoonten eigen maken, zodat die andere cultuur hoe dan ook binnen de eenheid van een gemeenschap en staat vorm kan krijgen. Als een land namelijk echt multicultureel is, dan kan dat land uit elkaar vallen: mensen vinden dan de levenswijze van anderen zo afwijken van die van henzelf, dat ze niet meer met die anderen binnen een nationale rechtsorde willen samenleven.’

Heeft het te maken met immigranten die nieuwe culturen meebrengen en daar trots op zijn, waar wij dan misschien soms moeite mee hebben?
‘Dat kan. Wat je wel kunt zeggen is dat veel mensen tegenwoordig op plaatsen leven die zij niet meer als één gemeenschap ervaren. De saamhorigheid die hoort bij de ervaring van één land is aan het eroderen. Dat is op termijn natuurlijk een risico. Tegelijk bespeur ik ook een verlangen daarnaar. Er is namelijk altijd een minimale vorm van saamhorigheid of eensgezindheid nodig om de instituties van een land overeind te houden; zij vormen de voorwaarde voor de mogelijkheid van een democratie en een rechtsstaat. We staan heus niet op de rand van een burgeroorlog, maar ik denk wel dat veel mensen zich zorgen maken over hoe de verschillende ‘mentaliteiten’ zich op termijn in ons land gaan ontwikkelen; en daar kan ik me ook wel wat bij voorstellen.’

Er was altijd veel zelfreflectie in het Westen, waardoor we onze cultuur zijn gaan relativeren en waardoor je zelfs niet trots meer mag zijn op Nederland. Hoe ziet u dat?
‘Een zekere trots op je land getuigt ook van respect en dankbaarheid jegens de voorgaande generaties die het hebben opgebouwd. Het is ook met het oog op de toekomst onverstandig om niet trots te zijn. Dat betekent namelijk dat je ook je eigen kinderen en jongeren weinig meer te bieden hebt, althans waar het gaat om hun vorming en het doorgeven van bepaalde culturele waarden. En daar raken mensen van in verwarring, temeer ook omdat er wel degelijk altijd een bepaalde moraal meespeelt in wat we doen. Het is dus ook een illusie om te menen dat je geen culturele vormingsidealen meer hebt, want die spelen meestal wel degelijk in iemands opvoeding, ook al is het impliciet. Er zal niet snel een vrijzinnige GroenLinkse familie zijn waarin de dochter trouwt met een streng gereformeerde jongen, dan wel met een salafist. En als dat wel gebeurt is dat over het algemeen een serieus probleem binnen de familie. Ook zeer liberale mensen hebben wel degelijk een bepaalde moraal. Je kunt wel zeggen dat we heel tolerant zijn of geen eigen nationale identiteit hebben, maar reeds binnen gezinnen gaat men op een bepaalde manier met zaken om. Daar raken we al aan cultuur en vorming. Evenals voor het gezin, geldt dat ook voor alle andere instituties.’

Zoals?
‘Hoe een bedrijf, een gemeenteraad of een school functioneert. Dat doen we op een bepaalde manier en als we daar niet duidelijk over zijn en niet helder hebben wat het belang daarvan is, dan is dat moeilijk over te dragen aan de volgende generatie, maar vooral aan nieuwkomers, mensen die van buiten komen. Voor hen is dat heel verwarrend, want ze weten niet waar ze aan toe zijn. En vaak zullen ze zich niet gedragen zoals wij dat van ze verwachten. Er wordt dus wel degelijk onderscheid gemaakt. Wij verwachten in Nederland toch dat je je op een bepaalde manier gedraagt. Het ontkennen van de geschiedenis van een land getuigt van weinig respect voor je eigen afkomst. Dat is ook een van de thema’s van ons boek Waartoe is Nederland op aarde?’

Hoe kun je openstaan voor een andere cultuur zonder die als een bedreiging te zien?
‘Het begint natuurlijk met een zekere eigenwaarde en daaraan ontbreekt het ons nog wel eens. De vraag is vooral ook in hoeverre je open moet staan voor anderen. Dat kan niet grenzeloos zijn. Voor bepaalde zaken is er natuurlijk een zekere speelruimte, maar binnen de grenzen die gelden binnen het land. Als mensen hier komen leven betekent dat natuurlijk ook dat ze zich op een bepaalde manier moeten gedragen. Als dat niet gebeurt, dan wordt het chaos. Dat is ook regelmatig gebeurd. Er ontstaan soms patronen die tot frictie leiden en dat is een probleem. Als je eenmaal met een verpauperde buurt te maken hebt, dan is het heel moeilijk om de boel op orde te houden. In Europa is dat zichtbaar in de achterstandswijken van Parijs of Marseille en wat op bepaalde plaatsen in Nederland, zoals in Den Haag, ook gebeurt. De gemeenschap heeft dan weinig grip op waar die mensen zich bevinden en dat is zorgwekkend.’

Zijn we de grip op de samenleving aan het kwijtraken?
‘Dat is ten dele het geval. Die grip is er namelijk alleen wanneer mensen een bepaalde mate van eensgezindheid hebben. Als de gezindheid van grote groepen fundamenteel gaat afwijken van wat wij belangrijk vinden wordt het lastig om gemeenschappelijk op te treden. Ieder beleid wordt dan krachteloos, omdat het in een voedingsbodem terecht komt die daar niet goed op aansluit of die niet welwillend is. Er ontstaan in het uiterste geval groepen die weinig betrokkenheid tonen bij Nederland of die soms ronduit vijandig staan tegenover Nederland, terwijl men wel hier woont.’

Moet je tolerant zijn tegen intolerantie?
‘Het woord tolerantie houdt altijd ook een opdracht in. Je moet verdragen dat de ander een afwijkende levensopvatting heeft. De Engelse filosoof John Locke (1632 -1704, red.) brengt in zijn Letters concerning toleration uit 1689 een wat ander tolerantie begrip naar voren. Een van de centrale vragen in dit geschrift is wat een staat kan tolereren binnen zijn eigen instituties. Locke staat daar heel kritisch tegenover de plaats van de katholieke kerk in de toenmalige samenleving. Een dergelijke kerk kan volgens Locke niet getolereerd worden, omdat zij in zijn tijd een eigen maatschappelijke macht vormde die de eenheid van de rechtsstaat ondermijnt. Het begrip tolerantie is eerlijk gezegd een beetje uitgewoond. Het lijkt in de praktijk vaak meer te gaan om een vorm van onverschilligheid: tolerantie is dan dat de ander mag doen wat hij wil. Oorspronkelijk wijst het juist op de noodzaak van een inspanning van verschillende partijen: het verdragen van elkaar in hun verscheidenheid. Tolerantie is bovendien een erg abstract begrip. De vraag of je moet tolereren dat mensen vanuit hun eigen cultuur zaken anders aanpakken is niet zomaar te beantwoorden. Dat hangt ervan af. Laten we vooropstellen dat een rechtszaak al de speelruimte definieert waarbinnen je allerlei afwijkend gedrag mag vertonen. Maar het lijkt me wel duidelijk dat je niet kunt tolereren dat de rechtsstaat zelf wordt afgewezen.’

Wat is dan de bedoeling van tolerantie?
‘Je moet hoe dan ook uitgaan van bepaalde waarden die in onze instituties tot uitdrukking komen. Tolerantie kent haar grenzen. Sommige mensen kunnen bijvoorbeeld wel zeggen dat ze geen Nederlands willen spreken, maar als ze ook lid willen zijn van onze samenleving en bijvoorbeeld juridische en politieke rechten claimen, dan dienen ze ook het publieke debat te kunnen volgen. Daar hoort kennis van het Nederlands bij. Verder denk ik dat het belangrijk is dat iedereen verschil leert te verdragen.’

De westerse filosofie heeft een lange traditie. Zijn andere vormen van filosofie uit andere culturen evenveel waard?
‘Daar kan ik geen simpel antwoord op geven. De moderne westerse filosofie is in de loop van haar ontwikkeling op een kortzichtige manier ‘kritisch’ geworden, een ontwikkeling die ertoe heeft geleid dat ze haar eigen grondslagen heeft ondermijnd. Tegelijkertijd is het onmiskenbaar zo dat de westerse filosofie mede aan de basis staat van de moderne wetenschap, techniek en rechtsstaat. Als je de problemen van de samenleving wilt doordenken zul je je dus hoe dan ook moeten bezighouden met de geschiedenis van de westerse filosofie. Dat alleen al geeft die traditie een enorme voorsprong ten opzichte van de rest. Maar ik ben de eerste die ook de problemen onderkent van de westerse filosofie, die mede debet is aan de huidige culturele verwarring. We moeten daar mede vanuit onze eigen voor-moderne traditie een zeker tegenwicht aan bieden. We hebben het dan dus over een tegenwicht aan iets in onszelf, en ja, ook tegen ons eigen postmoderne relativisme. Daar kunnen natuurlijk ook andere tradities een rol bij spelen, maar de westerse traditie zelf neemt binnen de filosofie een centrale plaats in, omdat die ons heeft gebracht waar we ons nu bevinden.’

Is de niet-westerse filosofie inwisselbaar voor de westerse filosofie?
‘Nee, dat kan dus niet. Natuurlijk bestaan er ook allerlei andere interessante inzichten, maar onze moderne wereld is van begin tot eind verbonden met de westerse filosofie, inclusief het hele verhaal over de mensenrechten en afschaffing van de slavernij. Het is dus ook nogal ironisch dat men de geschiedenis van het Westen tegenwoordig volop bekritiseert en problematiseert, waarbij men nogal eens vergeet dat men dit veelal doet aan de hand van Verlichtingsdenken. Wij zijn inderdaad een cultuur die slavernij heeft gekend, zoals vele andere culturen overigens, maar we zijn ook de cultuur die de taal en het rechtsstelsel hebben ontwikkeld om slavernij af te wijzen. Met die dubbelzinnige erfenis zullen we moeten leren leven.’

Bron: https://dekanttekening.nl/interview/concept-multiculturele-samenleving-is-uitermate-problematisch/

Verzet tegen massale immigratie heeft niets met racisme te maken

Veel Italianen zijn tegen migratie. Dat wordt duidelijk uit de brede steun voor het beleid van gesloten grenzen van de Lega/Vijfsterrenbeweging-regering. Maar betekent dat ook dat Italianen zich tegen de vijf miljoen migranten die het land telt keren? Nee, integendeel. Veel Italianen maken een onderscheid tussen migratie en migranten. En dat onderscheid zou ook in dit land gemaakt moeten worden.

Het lijkt er op dat veel Italianen zich wel tegen migratie keren, maar niét tegen de in het land verblijvende migranten. Kán dat? Tegen migratie zijn, maar niet tegen migranten? Ja, dat denk ik wel!

Discriminatiekaart

Voorstanders van (massa-)immigratie willen ons graag doen geloven dat het niét kan. Dat tegenstanders van migratie óók tégen migranten zijn. Om vervolgens de discriminatiekaart te trekken: want wie tegen migratie is én tegen migranten discrimineert Afrikaanse en andere bevolkingsgroepen… Eurocommissaris Frans Timmermans spant de kroon door migratie te bepleiten omdat Afrikanen en Europeanen elkaar broeders en zusters zouden zijn.

Racisme-val

Deze racisme-val is schandalig en onzinnig. Want wie tegen migratie is, is tegen beleid, niét tegen mensen! Tegen het beleid om de grenzen open te zetten voor migranten van buiten Europa. Daar zijn goede redenen voor aan te voeren die niets met racisme van doen hebben! Verzet tegen massa-immigratie richt zich – per definitie – ook niet tegen migranten die al in Europa gevestigd zijn. Als zij hier legaal verblijven hebben zij het recht om hier te zijn en hier te blijven.

Politieke discussie

Die politieke discussie moet gevoerd worden. Willen we dat Europa een toevluchtsoord wordt voor vluchtelingen en migranten uit andere delen van de wereld, waar het leven minder gemakkelijk is? Willen we onze grenzen hermetisch sluiten voor iedere vreemdeling die er aanklopt?

Of willen we dat Europa alleen – zo lang als dat nodig is – vluchtelingen opvangt die in levensgevaar zijn en niet in de eigen regio kunnen worden opgevangen en alleen andere migranten toelaat die een aantoonbare toegevoegde waarde hebben voor onze samenleving?

Ik kies voor het laatste! Naar het voorbeeld van Australië, Nieuw-Zeeland en Canada. Gebaseerd op individuele selectie op basis van opleiding en ervaring. Met de concrete behoefte aan menskracht voor onvervulbare vacatures, die niet door automatisering en robotisering vervangen kunnen worden, als enige referentiekader.

Geschreven door Erik De Ridder

Pak éérst fraude en kapitaalvlucht aan ipv de al bij al beperkte migratiekosten

Aan al de mensen hier die denken dat de migratiekosten de pan uitzwingen en dat zijn er veel hier!

Wist u dat belastingfraude en kapitaalvlucht naar belastingparadijzen de gewone Vlaming en het BNP meer en veel meer kost dan de migritatiekosten in dit land?

Ik als libertarier van VolksLiga pleit voor een hervorming van de BBI de Bijzondere Belastings Inspectie zodat ze dit dossier grondig kunnen aanpakken, want nu werkt de gewone Vlaming zich te pletter terwijl hij denkt voor de allochtonen te werken terwijl de superkapitalisten met zijn geld gaan lopen!

Mensen word wakker en stem niet uit primitieve gevoelens voor het Vlaams Belang, die dan noch stiekem die superkapitalisten zullen steunen als ze aan de macht komen. Zie immers hoe hun geestesgenoten dat deden in Italië en Oostenrijk. Stem realistisch en kies libertarisch en word gratis lid van VolksLiga en stem op ons in 2024!

Uiteraard wil VolksLiga van Vlaanderen, dat vrij moet zijn, NIET het OCMW van de wereld maken, maar mensen buitensjotten dat kan niet, trouwens hoeveel migranten hebben Oostenrijk verlaten met de FPO aan de macht? Of in de steden waar het FN en de FPO zelfs met absolute macht regeerden?

Extreem rechts, laat me niet lachen, een stelletje demagogen.

Geschreven door Erik De Ridder

De multiculturele samenleving: mooie droom, gevaarlijke illusie

Het is een mooie droom dat in eenzelfde stad of land verschillende etnische groepen uit verschillende culturen vreedzaam naast elkaar samenleven. Elke groep levert zijn specifieke bijdrage aan de gemeenschappelijke cultuur en zij bevruchten of stimuleren elkaar. Zolang er vrede en welvaart is kan deze multiculturele samenleving een hele poos standhouden. De overgrote meerderheid van de mensen in elke etnische groep wil niets liever dan in vrede met anderen samenleven en meewerken aan de welvaart en het welzijn van het land. Het is volstrekt onjuist te beweren dat er minderwaardige rassen zijn of dat bepaalde rassen minder intelligent zouden zijn. 

Een kwestie van verkeerde beeldvorming

Als er verschillen zijn tussen de etnische groepen en rassen dan is dit een gevolg van verschillende historische, sociale en culturele omstandigheden. Als sommige niet-westerse allochtone groepen een slechte naam hebben, dan is dit vooral een kwestie van beeldvorming waarbij het negatieve heel sterk wordt benadrukt. Neem bijvoorbeeld de Marokkaanse gemeenschap in Europa: inderdaad is vijftien procent van de Marokkaanse jongeren crimineel, tegenover drie procent van de autochtone groep. De belangrijkste conclusie hieruit is dat vijfentachtig procent van de Marokkaanse jongeren niet crimineel is en dus later gewone, eerzame burgers zullen zijn. Maar vijftien procent is veel en bovendien is die groep geconcentreerd in de grote steden. Het gevolg hiervan is dat de Marokkanen de meest gehate bevolkingsgroep zijn geworden binnen onze multiculturele samenleving. Hetzelfde geldt voor de hoge werkloosheid onder allochtonen: als twintig tot veertig procent van hen werkloos is, dan draagt tachtig of zestig procent wel bij aan de economie. In de grote steden is die grote groep werkloze allochtonen evenwel een loden last voor de uitkerende instanties (in Antwerpen kosten werkloze allochtone jongeren een half miljard per jaar). De droom van de multiculturele samenleving wordt daarom al een beetje verstoord.

Moslims zijn het slachtoffer van de geschiedenis

Velen zijn ervan overtuigd dat de islamitische beschaving achterlijk is. Na een bloeiperiode duizend jaar geleden is de islam gestagneerd. De islam kent in de moderne tijd geen grote denkers. De bijdrage aan wetenschap en cultuur vanuit die landen is ongeveer nihil. Toch zal ik daarom de moslims niet achterlijk noemen. Zij zijn gewoon het slachtoffer van de geschiedenis. De toestand in de meeste islamitische landen is gewoonweg dramatisch te noemen. Een kleine groep corrupte machtswellustelingen maakt er de dienst uit. Zelfs in extreem rijke gebieden leeft de meerderheid van de bevolking in ellendige omstandigheden.

Als libertarische vrijdenker zie ik dat te veel niet-westerse allochtone kinderen hun talenten onvoldoende kunnen ontplooien omdat tijdens de eerste, cruciale levensjaren, de gezinsopvoeding hen niet voorbereid op ons onderwijs. Niet of nauwelijks opgeleide moeders, hoe liefdevol ze ook mogen zijn, zijn in onze westerse samenleving de slechtst denkbare opvoeders. Een andere nadeel in de islamitische cultuur is het ontbreken van kritische geluiden. Kritiek wordt onmiddellijk in de kiem gesmoord, terwijl een kritische houding een basisvoorwaarde is voor vooruitgang.

Ten gevolge van de massa-immigratie is de eigen cultuur van niet-westerse allochtonen gewoonweg mee geïmporteerd en binnen de getto’s waar ze samenleven houdt iedereen iedereen in de gaten. Vrouwen worden binnenshuis gehouden. De mannen zitten in de moskee of in de koffiehuizen. Er is nauwelijks contact met de rest van de samenleving. Van multiculturaliteit, zoals door velen gedroomd, is daar geen sprake. Zelfs de scholen zijn vaak voor honderd procent ‚zwart’.

We leven gewoon naast elkaar heen. Dat zien we bijvoorbeeld in het dwingend verbod voor moslimjongeren om met niet-moslims in het huwelijk te treden. Wie zich te veel assimileert met westerse waarden wordt als een verrader beschouwd. Zelfs een inspanning om de taal van het land zo goed mogelijk te leren spreken wordt kwalijk genomen. Hier ligt het grote gevaar voor een nabije toekomst.

Hoe de vrede en de welvaart bewaren?

Ik wil geen onheilsprofeet zijn. Ik ben noch optimistisch, noch pessimistisch. De toekomst ligt grotendeels in handen van de mensen zelf. Daarom is het beter dat ieder van ons zijn verantwoordelijkheid opneemt in het hier en nu zodat de vrede en het welzijn stand kunnen houden. Maar we moeten wel realistisch zijn en rekening houden met een aantal zeer goed zichtbare en vaststelbare ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld:

  • onze landen hebben enorme schulden opgebouwd die ooit afbetaald moeten worden. De schulden nemen nog steeds toe
  • de uitkeringen en pensioenen zijn in feite nu al onbetaalbaar geworden
  • de belastingdruk voor gewone burgers en voor kleine of middelgrote bedrijven is ontoelaatbaar hoog geworden
  • miljoenen in de Derde Wereld zouden het liefst naar Europa willen emigreren, maar het onderwijs in die landen is van een dramatisch laag niveau
  • extremisme steekt overal de kop op. Terroristische groeperingen beschikken meer en meer over de financiële middelen om zeer destructieve wapens aan te schaffen. Ze vinden in Europa een pool van verbitterde jongeren die ze makkelijk kunnen hersenspoelen.

Er zijn nog wel andere, zeer zorgwekkende ontwikkelingen te noemen. Waar het mij hier om gaat is dat we in een toestand terecht dreigen te komen waar het ‚een kwestie van leven of dood’ wordt. Op dat moment krijgen biologische krachten vrij spel en geen enkele ethiek, moraal of beschaving kan dit tegenhouden, zoals we in de vorige eeuw in Europa hebben gezien. Tweeduizend jaar christelijke beschaving en het optimisme van de Belle Époque hebben twee wereldoorlogen en de holocaust niet kunnen verhinderen.

De cocktail van enorme bezuinigingen, het toenemend aantal kansloze immigranten en de dreiging van extremisme zullen de multiculturele samenleving tot een hel maken. Dat zal niet zozeer gelden voor de autochtone bevolking, maar voor de allochtonen die als zondebok zullen worden aangewezen.

De enige oplossing die ik zie om het onheil te voorkomen is dat we onze krachten bundelen tegen een gemeenschappelijke vijand. Die krachten binnen onze multiculturele samenleving worden dan constructief in plaats van destructief. Concreet bedoel ik dat Europa een vredeskorps opricht waarin niet-westerse allochtonen, asielzoekers en andere immigranten deel van uitmaken. Enerzijds is dit vredeskorps een soort vreemdelingenlegioen met goed getrainde commando’s, anderzijds maken allerlei specialisten en vakmensen er deel van uit. De opdracht van dit vredeskorps is om vrede en welvaart in de landen van herkomst mogelijk te maken, met solidaire steun vanuit Europa.

De moslimjongeren die de school vroegtijdig hebben verlaten, zouden terecht kunnen in het vredeskorps. Daar kunnen ze alsnog een beroepsopleiding volgen. Het geld dat nu besteed wordt aan ontwikkelingshulp met voornamelijk autochtone medewerkers, kan beter besteed worden aan het vredeskorps.

P.S. Diegenen die mijn voorstellen onzinnig vinden, wil ik het volgende voorleggen: de democratie heeft bewezen de uitdagingen waarmee we in deze eeuw te maken krijgen niet te kunnen oplossen: zie het uitblijven van maatregelen om de stroom illegalen in te dijken of kijk naar de onmacht om de gevolgen van de klimaatverandering te keren.

Daarom gaat de keuze tussen mijn humane en ethisch geïnspireerde voorstellen of  een oplossing die geboden zal worden door extreem-rechts. 

Over migratie en racisme

Import van armoede stoppen

Principieel zijn wij als libertariers voor immigratie, maar willen we voor nieuwe Belgen wel een aantal toelatingsvoorwaarden invoeren op basis van kapitaal en/of tewerkstelling, zolang de automatisch rechten op sociale gunsten niet aan banden zijn gelegd. Ofwel stel je strenge eisen aan de grens, ofwel gaat de deur van het OCMW op slot. Deze maatregelen dienen om de bewezen instroom van armoede te stoppen. Bovendien wil Nationaal-Libertarisch Kompas dat nieuwe Belgen voor een periode van ten hoogste tien jaar geen aanspraak kunnen maken op het volledige pakket aan sociale tegemoetkomingen zoals kindergeld en uitkeringen. Deze tien jaren vormen de proefperiode van de migrant, een periode waarin een strafrechtelijk vlekkeloos parcours dient te worden afgelegd om de nationaliteit te kunnen verwerven.

De verzorging en opvang van mensen met een vluchtelingenstatuut is voor Nationaal-Libertarisch Kompas een vanzelfsprekendheid. Iemand die dit statuut heeft en die geen bedreiging voor de maatschappij vormt, kan voor Nationaal-Libertarisch Kompas nooit zomaar worden opgesloten. Van een vluchteling die zich misdraagt, moet het statuut kunnen worden afgenomen. Nationaal-Libertarisch Kompas is tegenstander van een gedwongen terugkeerbeleid, wanneer er geen criminaliteit in het beeld is. Dit kost de belastingbetaler meer geld dan dat de betrokken personen in niet-geregulariseerd in het land op eigen kosten verblijven. We zijn dan ook voorstander om het betreden en het bezoeken van het grondgebied voor onbepaalde duur uit de illegaliteit te halen. We zijn dus op termijn voor de afschaffing van de verblijfsvergunning en willen grondwettelijk verankeren dat het ieder mens vrij staat om ons land te bezoeken en er zelfs in te komen wonen. Uiteraard allemaal op eigen risico en kosten, zonder kans op financiering van de overheid.

Tegen deze achtergrond is Nationaal-Libertarisch Kompas tegenstander van grondgebonden rechten. Een recht op sociale dienstverlening kan volgens ons nooit worden verkregen op basis van een territoriaal principe. Kort gezegd, wie het land betreedt, krijgt niet automatisch rechten. Dit met uitzondering van ambulante zorg. Op deze manier kan iedereen zorgeloos ons land bezoeken en er in verblijven op eigen verantwoordelijkheid en risico, maar de lasten zijn niet voor de gemeenschap. Diezelfde gemeenschap heeft verder ook geen verplichtingen ten overstaan van de bezoeker.

Een samenleving waarin iedereen welkom is, maar waarin ieder zijn eigen bonen dopt en gedurende een periode geen aanspraak maakt op collectieve gunsten, maakt een buitengrens schijnbaar overbodig. Toch meent Nationaal-Libertarisch Kompas dat het in ieders belang is om grenzen te hebben en deze te kunnen bewaken om terrorisme of criminaliteit op het grondgebied te vermijden. We kijken hiervoor naar een Beneluxsamenwerking waarbij de buitengrenzen van de Benelux worden verstevigd. Het doorknippen van sluipwegen, waardoor een grensoversteek met de wagen enkel nog via hoofdwegen mogelijk is en het op punt stellen van ANPR-camerasystemen op de grens zijn maatregelen die wij voorstaan. In een noodsituatie of bij een (nakende) terroristische aanslag moet België haar grenzen kunnen sluiten.

Racisme

Volgens Nationaal-Libertarisch Kompas kan je niet lager zakken of onder de gordel gaan dan racisme te prediken. Het is niet alleen kwetsend, maar het is meestal gewoon naast de kwestie. Racisme is dan ook symptomatisch voor een algemeen wantrouwen in het systeem, gesterkt door stereotyperingen die worden uitvergroot en veralgemeend door een ongenuanceerde manier van denken. We denken dan ook dat het aan banden leggen van de grondgebonden rechten en de daarbij horende sociale tegemoetkomingen, zal bijdragen tot minder racisme. Een ander fenomeen is dat racisme ook wordt gerelativeerd en gecultiveerd door collectieve stromingen die de groep boven het individu plaatsen. Het is hetzelfde soort geconstrueerde afgunst dat je terugvindt in socialistische en conservatieve stromingen.

Racisme is een lelijke uitspatting van collectivisme, de mentaliteit die mensen alleen als leden van groepen ziet en nooit als individuen. Racisten geloven dat alle individuen met oppervlakkige fysieke kenmerken gelijk zijn. Niet enkel het groepsdenken komt op de oppervlakte drijven, maar ook een kwalijk soort egalitair denken ten opzichte van de geviseerde doelgroep (“ze zijn allemaal hetzelfde”). Door Vlamingen aan te moedigen een groepsmentaliteit aan te nemen, bestendigen de voorstanders van conservatieve en ongezond-nationalistische strekkingen feitelijk racisme. Er heerst een intense focus op ras, een begrip dat toegepast op mensen wetenschappelijk geen steek houdt, maar wel goed in het kraam past van racistische denkers. Door individuen te herleiden of in de delen volgens termen die eerder voor objecten of dieren gangbaar zijn, zorgt een racistisch denkpatroon ervoor dat het individu wordt ontmenselijkt. Wanneer een individu geen mens meer is, is het makkelijker voor andere mensen en zelfs systemen om individuen te marginaliseren of te ontwaarden. Kazerne Dossin in Mechelen heeft daarrond een heel pedagogisch traject rond ontwikkeld om mensen van dit gevaar bewust te maken, hier toegepast op de anti-joodse retoriek voor en tijdens WO II.

Ook de klassieke linkerzijde van het politieke spectrum heeft het bij het verkeerde eind. Het is een regelrechte mythe dat socialistische en ecologistische bewegingen echt om racisme geven. Het moderne socialisme en ecologisme zijn ook collectivistische denksystemen die au fond het racismevraagstuk op juist dezelfde manier benaderen als de conservatieve en nationalistische stromingen. Het enige verschil is dat de rollen worden omgedraaid. Rood vanuit een reflex om “kwetsbare minderheidsgroepen” te beschermen en Groen vanuit een misantropisch uitgangspunt dat de blanke Westerse samenleving verantwoordelijk zou zijn voor alle ellende in de wereld. In deze denkpatronen is het opnieuw de groep die prevaleert en het individu dat vakkundig in de vergeetput werd gegooid.

Het voortdurende aandringen op groepsdenken wakkert daardoor alleen polarisatie en spanningen aan, precies zoals de betogingen van Antifa en BLM. Het echte tegengif tegen racisme is vrijheid. Vrijheid betekent dat er een beperkte, constitutionele regering is die zich inzet voor de bescherming van individuele rechten in plaats van groepsclaims. Vrijheid betekent vrijemarktkapitalisme, dat individuele prestaties en competentie beloont, los van huidskleur, geslacht of etniciteit. In een vrije markt verliezen bedrijven die discrimineren klanten, goodwill en waardevolle werknemers – terwijl rationele bedrijven floreren door de meest gekwalificeerde werknemers uit te kiezen. Wat nog belangrijker is, in een vrije samenleving krijgt elke burger een gevoel van zichzelf als individu, in plaats van een groeps- of slachtoffermentaliteit te ontwikkelen. Dit leidt tot een gevoel van individuele verantwoordelijkheid en persoonlijke trots, die alsnog op ongedwongen, veilige en persoonlijke manier kan omgezet worden naar een groepstrots. Dit is het libertarisch standpunt van Nationaal-Libertarisch Kompas.